woensdag 31 december 2008

Taalkijker: hedenlands

't Is terugbliktijd. De overzichten vliegen om uw oren en Loket Diversen blijft natuurlijk niet achter. Een lijstje hedendaagse stopwoorden.

Zeg maar. Past zeg maar overal tussen zeg maar, en wordt dus zeg maar ook overal zeg maar tussen gezet. Bijzonder gevaarlijk: lijders aan verbale incontinentie en mobiele bellers lokken er onvrijwillige euthanasie mee uit, wat echter nog steeds strafbaar is. Moest verboden worden, zeg maar.

Drie keer niks. Superlatief van waardeloos. Schijnbaar eufemistisch doordat het de indruk van een weloverwogen oordeel geeft - "ik heb drie keer goed gekeken maar vond het toch elke keer niks" - maar is in feite gewoon een afzeiker. Een getal in een uitdrukking maakt altijd bevattelijk voor inflatie, ook wel opblazing: duizend keer niks wordt ook al aangetroffen, maar met 880 hits op google nog wel aanmerkelijk minder vaak dan de 20.700 keer voor drie keer niks. Maar X keer niks blijft altijd niks, zelfs al is X oneindig. Dus meer dan niks is overbodig, gewoon niks volstaat.

Gaat nergens over. Betekent ofwel "heeft niet veel om het lijf" ofwel "veel gedoe om niets". Veel op internet gaat nergens over, je kunt bijvoorbeeld vanaf je mobieltje twitteren naar je hyve dat je bij de bakker in de rij staat met lichte jeuk aan je linker grote teen. Waarmee geenszins is gezegd dat Twitter en andere sociale internetwerken nooit ergens over gaan, want bijvoorbeeld tijdens de aanslagen in Mumbai gaven ooggetuigen via Twitter en Flickr acuut en ongecensureerd verslag van de gebeurtenissen. Maar alleen als de ooggetuigen iets interessants zien, komt er ook iets interessants uit. Veel ooggetuigen geven een continuë stroom van informatie, ook als er niets te melden is. Dat gaat nergens over.

Dat wordt niet wat. Schijnt te zijn overgewaaid uit Twente. Betekent "dat is kansloos", bijvoorbeeld "zij wil altijd alleen maar op het strand liggen, dus toen ze meeging wandelen in de Pyreneeën wist ik van tevoren dat wordt niet wat". Wordt ook gebruikt om aan te geven dat een voorgenomen plan met een geldig excuus wordt gestaakt. "Onderweg naar het zwembad had Gijsje zichzelf helemaal ondergekotst dus ik denk dat zwemmen wordt niet wat".

Gaat lukken!. Gebruikt om aan te geven dat je helemaal begrijpt wat er moet gebeuren en volledig de verantwoording neemt voor het welslagen daarvan. Vaak gebruikt ter afsluiting van een telefoongesprek. Heeft een positieve klank en kan daardoor ook een goede indruk wekken met iets wat geen enkele moeite kost, zoals bijvoorbeeld op het juiste station uit de trein stappen. "Nee ik ben nu op Utrecht Centraal dus dan ben ik om zeg maar tussen 7 en 8 in Gouda. Ja? Gaat lukken!." U hoort: dit is een hartstikke leuke meid waar je op kunt bouwen.

Is goed. De vijfde symfonie van Beethoven, u weet wel: ta-ta-ta-taaaaaa. Voeg nu de eerste drie ta's bijeen tot één iets langere taa, dan krijgt u taaa-taaaaaa. Dat is de melodie van is goed. Probeer maar. Klinkt authentiek Nederlands maar is ook voor recent aangekomen immigranten vrijwel direct accentloos uit te spreken. Dient ter afsluiting van een telefoongesprek. "Nee ik moet morgen vroeg op. Nee. Ja. Ja. Is goed. Later!"

Fijn in wensen heeft prettig vrijwel volledig verdrongen. Men wenst elkaar fijne dag, fijne avond, fijn weekend, fijne feestdagen, fijne jaarwisseling. De al wat oudere mevrouw bij wie ik vandaag oliebollen kocht had de hele rij voor mij al plichtmatig "fijne jaarwisseling" gewenst. Net als haar jongere collega, want zo hoort dat tegenwoordig. Ik rekende af en wenste haar prettige jaarwisseling. Ze was zichtbaar aangenaam verrast. "Dank je, jij ook", zei ze. Ik ben misschien toch niet de enige die prettig beter vindt dan fijn.

Loket Diversen wenst u een prettige jaarwisseling.

maandag 22 december 2008

Taalkijker: de VMBO-student is opgegeven

VMBO-docente Wera de Lange geeft in Trouw schoorvoetend toe dat ze niet goed kan uitleggen waarom goed Nederlands belangrijk is voor een bakker, serveerster of kok. Eenmaal in bezit van je spinazieacademiediploma (moeilijk woord!) hoef je nooit meer iets bij te leren, immers?

Maar al te vaak blijkt de middelbare school niet de gewenste kennis te hebben gebracht en daarom wordt er veel om-, na- en bijgeschoold in Nederland. En dan blijkt (onder andere) hoe belangrijk het is als men zich goed heeft leren uitdrukken. Hieronder volgt een greep uit het examenwerk van MBO-studenten aan een groot landelijk instituut. Het vak heet gezondheidskunde.

'Het onderwerp SOA hangt nog erg in de taboezweer'

'Ik vraag de patiënt die tegenover mij zit zijn naam, geboortedatum en geslacht'

'Als je een spiraaltje slikt en je stopt, kun je snel zwanger raken'

'Huishoudelijk geweld'

'Het voordeel van de pil is dat het helpt tegen zwangerschap'

'De ziekten worden steeds langer en sluimiger (langdradiger)'

'Als het condoom scheurt of knapt kan je een SOA oplopen en als het tegen zit ook een zwangerschap'

En zo werd het woord whiplash geschreven als wiphlash, wipplash, wiplas, wipe laese en wip-less.

Loket Diversen wenst Juffouw De Lange inspiratie toe. Zelf zouden wij nooit voor de klas gaan staan. Onwillige pubers. Brrrr.

dinsdag 9 december 2008

Verwijder overtollig haar

Ik ben 43 en sinds een half jaar ben ik weer vrijgezel - single heet dat tegenwoordig. Als ik mensen over deze ongewenste ontwikkeling inlicht, is er altijd wel iemand die vindt dat dit een geweldige gelegenheid is om eens flink rond te gaan neuken voordat ik weer vast kom te zitten in een nieuwe relatie.

Mensen die dit soort advies geven zijn overigens zonder uitzondering van het mannelijke geslacht. Bij de uitvoering van het idee echter, hoe aantrekkelijk het ook moge klinken, stuitte ik op problemen. Niet alleen ben ik al zes jaar uit de versierbusiness weg, mijn binnenlultechnieken zijn altijd beroerd geweest. Sterker, ik heb ze nooit gehad.

Dat moet iets te maken hebben met het feit dat ik een nerd ben (ja, dat is inmiddels een Nederlands woord, net als single overigens). Bewijzen? Een keer per jaar ga ik naar het Mauritshuis om minimaal tien minuten lang naar mijn favoriete schilderij te kijken, een 17e-eeuws landschap van Jacob van Ruisdael. Ik hou een blog bij over singeltjes uit de jaren tachtig die gezongen zijn met een Haags accent. En altijd als Pinball Repair Man de highscores van de flipperkast (Theatre of Magic) in mijn stamkroeg heeft uitgewist, stel ik er een eer in om zo snel mogelijk mijn naam (AAP) weer bovenaan de lijst te krijgen. Over deze interesses vertellen heeft nog nooit geleid tot one night stands.

Professionele aanpak
Maar daar zou wellicht snel verandering in kunnen komen, wellicht zelfs binnen dertig dagen. Vier andere freelancejournalisten en ikzelf (3 vrouwen en 2 mannen), allen single en allen regelmatig publicerend in de Engelstalige city paper Amsterdam Weekly, besloten het zaakje professioneel aan te pakken. We zouden allemaal versiertechnieken leren en die trachten toe te passen op een gezamenlijke talk-yourself-into-someone’s-pants night. En er een verhaal over schrijven in de Weekly. Text in the City moest het gaan heten, geschreven door de Desperate House Writers, want wij houden wel van een gebbetje.

Zo gezegd, zo gedaan. L. stortte zich op het internetdaten, L2 ging naar een flitsdateavondje, R. nam een personal flirtcoach in de arm, M. las een zelfhulpboek voor vrouwen (ze weet nu hoe ze heur haar op een uitdagende manier naar achter moet gooien) en ik een voor mannen: The rules of the game, het tipsboek dat een vervolg is op het succesvolle The game, waarin auteur Neil Strauss verhaalt over zijn transformatie tot professioneel versierder. “Neil Strauss’s writing turned me from a wallflower into a wallflower who can talk women into sex”, schreeuwde de cover. Veelbelovend, op z’n minst! Het boek is opgebouwd rond het gespiegelde psychologieprincipe van het type ‘Je denkt dat je een eikel bent, maar dat ben je niet, tijger! Grrrrr!’ Het doel van het boek is om de - mannelijke - lezer binnen dertig dagen een date te bezorgen.

Blijf positief
Ik moet zeggen, de eerste hoofdstukken waren niet eens zo slecht, zeker niet die met tips voor de uiterlijke verzorging. “Remove excess hair,” adviseert Neil. “Get tweezers or a nosehair trimmer and remove any hair in your nostrils, between your eyebrows, in your ears, and on the back of your neck.” Maar al snel werd het boek raar. In hoofdstuk 10 heeft Neil het over afzeiken als een middel tot playing hard to get. “Make her compete. Threaten to leave to talk to your friends, the waitress, or those ‘more interesting girls over there.’”

In hoofdstuk 14 wordt de ringentruc geïntroduceerd: kijk aan welke vinger de vrouw die je begeert een ring draagt en vertel haar wat dat betekent volgens de klassieke Griekse mythologie. Doorgewinterde profs kunnen de gelegenheid aangrijpen om de hand van de vrouw aan te raken. En in hoofdstuk 15 raadt Neil de ambitieuze aspirant-minnaar serieus aan om een helderziende te raadplegen voor een reading. Met die ervaring op zak moet het eenvoudig zijn om dingen te zeggen als “I have an intuition that...” Maar, waarschuwt de auteur, blijf positief. “Don’t tell her, ‘You’re really insecure’. Instead say, ‘You may not be the most confident person in the room, but deep down you know your own value.’” Na deze tip heb ik niet verder gelezen.

Desperate House Writers Pickup Night
Toch probeerde ik tijdens de Amsterdam Weekly Desperate House Writers Pickup Night in de hippe Amsterdamse club Pacific Park de raadgevingen uit het boek toe te passen. Het afzeiken. De ringentruc. Het helderziende gebabbel. Maar ik kon het gewoonweg niet en in plaats daarvan viel ik terug op mijn eigen interesses. Ik gaf een minilezing over de enorme luchten in Ruisdaels schilderijen. Ik sprak over singeltjes gezongen in een Haags accent. En natuurlijk schepte ik op over mijn flipperrecords. Niemand bleek geïnteresseerd. Ik besloot het op te geven en racete de Marnixstraat af naar mijn stamkroeg. Shit. Gesloten. Vandaag geen flipper.

Het oorspronkelijke Engelse verhaal en alle andere verhalen van de Desperate House Writers staan in Amsterdam Weekly (nummer 44, 2008) die alhier downloadbaar is.

zaterdag 6 december 2008

Echoklik: dansende robotjes

Heersende Hexapods uit Oostenrijk. Het filmpje is een tikje lang en ze dansen niet in de maat, maar verder eg wel gèhnâg. En anders zapt u maar.

via Neatorama

maandag 1 december 2008

Hondenleven

Een incident om bang van te worden, vorige maand in het Amsterdamse Vondelpark, helemaal voor de betrokkenen. Een onaangelijnde hond beet een anderhalf jaar oude peuter in de vinger en liet niet meer los. De partner van de moeder moest de kaken van de hond uiteen trekken om het kind te bevrijden. Dat kwam met de schrik en een paar flinke wonden vrij.

Wethouder Werner Toonk van het Amsterdamse stadsdeel beschreef de hond op zijn blog (6 november) als ‘jachthond’. ‘Aanlijnen’ was de toon van verscheidene reacties op dit bericht. Ene Ben ging nog een stapje verder: “Ben persoonlijk een voorstander van een verbod op het houden van huisdieren in het algemeen. Dieronterend, dat ze worden opgesloten en aan een ketting worden uitgelaten.”

Geen fatsoenlijk gesprek
Helemaal mee eens. OK, ik ben wellicht een weinig bevooroordeeld. Mijn ouders hebben me verteld dat ik als klein ventje een keer ben aangevallen door een hond. Ik kan het me niet herinneren, maar feit is dat ik m’n hele leven al de pest aan onze trouwe viervoetertjes heb. Ze stinken, ze maken lawaai, ze kwijlen je onder als ze de kans krijgen en je kunt er geen fatsoenlijk gesprek mee voeren.

Maar ik heb geloof ik een nog grotere hekel aan hondeneigenaren. Iedereen die zijn hond meer dan 23 uur per dag opsluit in een appartement van 45 vierkante meter, het beest twee keer per dag 15 minuten uitlaat en nog steeds denkt dat hij bijdraagt aan het welzijn van de hond, heeft een gaatje in zijn hoofd. In dit land, waar de natuur is teruggebracht tot ‘stukjes ter grootte van een krant’ (aldus de nationale treurwilg J.C. Bloem) zouden alleen boeren, boswachters en de laatste zestien schaapherders een hond mogen hebben. Zodat die 24/7 kan rondrennen.

Beschaving
Verder is hondenpoep natuurlijk een schijnbaar onuitroeibare steen des aanstoots (probeer maar eens een steen uit te roeien. Lukt niet). Volgens statistieken van de gemeente Amsterdam uit 2006 ondervindt 42 procent van de Amsterdammers overlast van het eindproduct van het hondendiner. Nederlanders zijn te beroerd om de excrementen van hun huisdier op te ruimen. Ooit hondenvlaaien gezien in Luxembourg of Hyde Park? Tuurlijk niet. Parijzenaren en Londenaren zijn beschaafde mensen.

Honden kunnen er ook niks aan doen. Het zijn dieren, ze handelen instinctmatig. Ze bijten een kind, ze schijten waar ze willen. Hondeneigenaren, die moeten opgevoed worden. Drollen opruimen en Fikkie aanlijnen is een begin. Maar een hondenverbod zou nog beter zijn, voor mens en dier.