maandag 28 februari 2011

Hoe de Openbare Bibliotheek ten onder gaat

Sinds ik kan lezen heb ik een bibliotheekkaart. Van die afstand volg ik hoe de Openbare Bibliotheek het hoofd boven water probeert te houden. Het gaat niet goed.

Ik kan me vergissen, maar ik heb de indruk dat besluitvorming in de biebwereld polderend tot stand komt. Traag als een paardenploeg door vette klei. Hoe fnuikend kan democratisering uitpakken? Wie zitting heeft in beleidscommissies en stuurgroepen, wordt die geselecteerd op verstand van zaken en bewezen merites? Soms wel, weet ik. Maar lang niet altijd, weet ik ook. Hoe lang moet het duren voordat een besluit tot stand komt? En is het dan nog een goed besluit?

De OB naast Amsterdam CS heeft prima accomodatie voor ADHD-patiëntjes. Modebewuste hangjeugd (gezichtsbeharing, fiftiesbrillen en koddige wollen petjes op) vergelijkt er elkaars iPhones en Macbooks. Je kunt er lekker eten en drinken. Maar door al die horeca zie je de boeken niet meer.

De OB in Utrecht lijdt, toegegeven, onder achterstallig onderhoud, maar ik kom er graag. Vanwege de boeken, maar ook vanwege het uitzicht op de Dom en de Utrechtse binnenstad. Ik vind het een prettig gebouw. Volgens deskundigen, echter, kan dit gebouw 'echt niet meer'. Inderdaad, dat klinkt precies als je moeder die commentaar geeft op een lekkere broek waar een winkelhaakje in gekomen is. De verhuizing van de OB naar een spiegelpaleis nabij Hoog Sjaggerijne is gelukkig even van de baan, maar reden om de beslissers te vertrouwen zie ik niet.

De hoofdzaak lijkt ze niet duidelijk te zijn. De Koninklijke snapt het wel, die werkt samen met Google om de collectie te digitaliseren. De Openbare blijft steken in navelgestaar en verwarring, althans zo lijkt het als je de verwoed bloggende biebologen leest.

Terwijl het zo simpel is: ik wil in de bibliotheek boeken kunnen vinden en ik wil de tijd krijgen om ze te lezen. Maar zo werkt het niet.

Vier waar gebeurde gevallen

(1) Ik zocht boek X. Dat heeft de openbare, maar het is uitgeleend, dus ik reserveer. Na enige maanden wachten is het mijn beurt. Het is een pil van 400 pagina's waar ik rustig de tijd voor wil nemen, maar dat gaat niet. Het is een populair boek, er zijn nog 12 wachtenden na mij, ik moet het halverwege inleveren en weer achteraan aansluiten. Amazon levert het nieuw, voor 6 euro inclusief verzendkosten. Waarom koopt de OB er niet een paar extra? Ik heb het zelf maar gekocht.

(2) Ik zocht boek Y. Dat heeft de openbare niet, maar voor vijf euro behandelingskosten kan ik laten zoeken in alle aangesloten bibliotheken. De Universiteitsbieb van Amsterdam heeft het en een paar dagen later kan ik het ophalen. So far so good. Het is geen populair boek, ik kan het verlengen. Eén keer, daarna niet meer. Amazon heeft datzelfde boek voor 3,99 euro inclusief verzendkosten. Dat was goedkoper geweest, maar ik hoef het boek niet te hebben, weet ik nu. Deze wijsheid kostte me 5 euro.

(3) Ik zocht boek Z, al jaren. De Koninklijke heeft het, maar ik kom daar niet vaak genoeg in de buurt. (Waarom Openbare en Koninklijke niet wat nauwer samenwerken weet ik niet, vermoedelijk heeft het iets te maken met geld en bestuurlijke aderverkalking.) Het aantal malen dat ik de titel heb ingetikt in de diverse catalogi bij mij in de buurt is niet te tellen. Ik vond het uiteindelijk, voor een schappelijke prijs, op boekwinkeltjes.nl.

(4) Om mijn steentje bij te dragen heb ik het meest luxe biebabonnement dat er is. Toen ik mijn materiaal een paar dagen te laat inleverde bleek dat de boetes komkommersjeel waren herzien. Een tientje, voor vier dingen. Had ik dat geweten, dan was ik wel eerder gekomen. Waarom word ik daarmee overvallen? En waarom omvat dat luxe-abonnement geen rappelservice? Die mails gaan er volautomatisch uit, dat kost niets. Thomas aan de balie kreunde van ellende onder mijn protest. Hij kan er immers ook niks aan doen. We schikten. Voor 7,50 word ik nu een jaar herinnerd.

Moraal en conclusie: het bedrijfsleven levert wat de klant vraagt en dankzij internet wordt het gevonden. De OB daarentegen probeert krampachtig nieuwe klanten binnen te halen en drijft vaste klanten ongemerkt de deur uit.

En zo graaft de Openbare Bibliotheek haar eigen graf. Het is geen halszaak, er vallen geen dooien. Maar ik vind het wel heel erg.

In Der Himmel über Berlin komen twee engelen voor, onzichtbaar voor stervelingen. Ze kunnen gedachten lezen. Ze komen graag in de bieb, omdat daar van die mooie gedachten te lezen zijn. Wij zijn geen engelen, maar herkent u de sfeer, de motivatie? Ik wel.

Ik hou van plekken waar mensen boeken lezen. Die plekken moet je niet uitdossen als uitgaansgelegendheid. Het gaat om de boeken. Zorg dat die tot hun recht komen. Niet meer, niet minder.


Foto: New York Public Library Interior, door Yuan2003 onder Creative Commons

vrijdag 18 februari 2011

Parelduiken in een museum

Eén van de leukste kanten van mijn werk is dat ik vaak bij toeval de prachtigste dingen tegenkom. Het affiche hiernaast is daar een mooi voorbeeld van.

Kijkt u even met mij mee (klik op het plaatje om het groter te maken of hier om te bekijken van heel dichtbij). U ziet een winkelpand, met een flinke scheur in de bovenverdieping, tegen een stut leunen.

Je voelt direct: zonder die stut gebeuren er ongelukken. Op de deur een papier met een uitroepteken. Op deze winkel wordt niet gepast, de winkelier is onder de wapenen geroepen.

Let ook op de fraaie letters van Van Der Spiegelstraat 12, elken maandag en dinsdag. Het afbreekteken in gemobiliseerde, op het eerste gezicht een beetje knullig voor een affiche, werkt als een eufemisme. Je ziet maar drie kleuren: zachtgeel, zachtblauw en zachtoranje. De situatie is duidelijk, de boodschap geruststellend: de kleine zelfstandige staat er in deze moeilijke tijd niet alleen voor.

Een affiche ter voorlichting, geen kunst, maar gemaakt met groot vakmanschap. Ik vind dit prachtig, maar dat had u al begrepen.

Linkjesregen

Het is gemaakt door Jo Spier. Je zou hem kunnen zien als een van de voorlopers van de Klare Lijn. Voor tastbaar werk van de Zutphenaar Spier kunt u naar 't Stedelijk Museum aldaar.

Spier was joods, het affiche is uit 1939, dus duistere narigheid kan niet ver weg zijn. Spier kwam terecht op een soort Schindler's List, het Plan-Frederiks, en hij belandde in Villa Bouchina. Belangrijke verhalen waar ik nog niet eerder van gehoord had. Waarmee maar weer eens blijkt hoe we met internet ons collectieve geheugen scherp houden.

Peter Spier, zoon van, werd ook illustrator. Zijn werk lijkt wel wat op dat van de Franse illustrator Sempé. Weer een vondst! Daarover later wellicht meer.

Ik vond dit allemaal doordat toevallig mijn oog viel op een mooi plaatje in een museumcatalogus.

Er is zwaar weer op til in museumland, maar volgens mij overleven we het wel. Er is gewoon te veel moois om onopgemerkt te blijven. Als u iets moois tegenkomt, houd het dan niet voor uzelf.

Vertel het verder!

Bron: Wikipedia over Jo Spier; met dank aan het Legermuseum. De catalogus vind u hier.

vrijdag 11 februari 2011

Klusdating

- Doe jij?
- mmmbusinessplan, wacht effe. Zo! Wij gaan hier heel rijk mee worden!
- Ah. Waarmee nu weer?
- KLUSDATING
- mJaa?
- JA! Heel simpel. Er zijn een hele hoop singles die compleet a-technisch zijn. Denk aan vrouwen van boven de 40 - 45. Divorcée, vaak.
- Nou, die redden zich anders best hoor. Marleen, die is zelfverkozen alleenstaand..
- alleengaand, moet je zeggen.
- ..luister nou! Die heeft Jan-Kees, Marleen. Zet de stekkers aan de snoeren en regelt de Wifi en de computer en zo. Maar ze hebben verder niks met elkaar.
- Ze zijn toch vrienden? Samen op vakantie en zo?
- Ja, dat wel. Maar ze zijn gewoon vrienden. Meer niet.
- Dat maakt niet uit, of dat is juist het idee! Er zijn namelijk ook een hele hoop alleenstaande mánnen, zelfde leeftijdscategorie en zo. En die zitten zich thuis op de bank ook maar een beetje te vervelen en die klussen graag. En hebben de voorboel en de achterboel al twee keer geschilderd in een jaar, en nu zitten ze. Nou, en Klusdating.nl brengt vraag en aanbod bij elkaar. Klussen, niet voor geld, maar gewoon om te helpen en voor de gezelli.
- Nee joh, dat werkt toch niet? Je haalt als vrouw toch geen klusjesman in huis als je van te voren al weet dat-ie meer wil? Wie weet wat voor griezel het is. Ik moet er niet aan denken!
- Hoezo? Ik denk dat klussen juist een goede manier is om elkaar op een ongedwongen manier te leren kennen. Wij hebben mekaar toch ook eerst rustig aan leren kennen op het werk voordat het iets werd? Speeddating, dat is veel te geforceerd, dat is pure tijdverspilling volgens mij. Met klusdating is er een klus te klaren. Dáár gaat het om. En terloops, ongemerkt, maak je mee hoe iemand is en zo.
- Mja... Zou wel kunnen.... Maar noem het dan geen klusdating.
- Wat dan? Buurthulp.nl? Even googelen.. Hee, dat bestaat al.
- En je moet het ook niet gratis doen, want dan denken mensen al gauw aan een verborgen agenda.
- Nou ja, een geringe vergoeding mag ook wel. Verrek, hierzo, buurthulp.nl, dat ís 't gewoon al. 't komt alleen niet zo van de grond, zo te zien.
- Nee, ik denk eigenlijk niet dat het werkt. stel je voor..
- Wannabe zedenplegers aub hier melden, bedoel je.
- Nou ja, je wilt weten wie je in huis haalt.
- Ja, dat is wel zo. Er moet een soort waarborg zijn. Mond tot mond reclame. Iets met Twitter of zo.
- Nee, want dan zitten er ook sléchte kritieken tussen en dan wordt 't al gauw, eh..
- ..Geenstijlerig. Ja. Nee, dat moet niet. En tóch is er een behoefte. En er is potentieel aanbod. Alleen ze vinden mekaar nog niet.
- Nou, je kunt het wel gaan regelen, maar dan ben je dus de hele tijd aan het regelen. Wil je dat?
- Neeeee. Kost me véel te veel tijd. Nee, het moet spontaan en uit zichzelf kunnen groeien. We moeten alleen een zaadje planten.
- Nou, denk d'r nog maar eens over na.
- Ja. Later. Ik heb een ander idee.
- O?
- Een webshop waar je een foto naartoe kunt uploaden, zo van "ik zoek dit, maar ik weet niet hoe het heet".
- o, dat is wel handig ja.
- Dacht ik ook. Moet alleen nog even bedenken hoe het precies werkt.

donderdag 3 februari 2011

Een boek is als een vat wijn


"Om te weten wat de rijpheid en de kwaliteit van een bepaalde wijn is hoeft men er niet een heel fust van leeg te drinken. Je moet gemakkelijk in een half uur kunnen zeggen of een boek iets waard is of niets waard is. Als je enig oog voor vorm hebt is tien minuten meestal al genoeg. Wie wil zich nou door een doodsaai ding heen worstelen? Even proeven is meer dan genoeg." - Oscar Wilde (1854 - 1900)

Uit: Epigrams of Oscar Wilde, Wordsworth editions, 2007, isbn 978 1 84022 275 5. Vertaling Loket Diversen.
foto: warehouse dump, door parkydoodles onder Creative Commons